Met de trein naar Chittagong
Door: Henk
Blijf op de hoogte en volg Henk
09 Januari 2018 | Bangladesh, Rāngāmāti
Uitslapen!
Vandaag de treinreis van Srimongol naar Chittagong, en de trein vertrekt om 12:50 uur.
Begin maar vast te lachen.
Amit zou mij om elf uur oppikken vanaf mijn hotel. Zelf zaten ze in Srimongol zelf, een uurtje rijden vanaf het Palace Resort.
Het was erg mistig deze morgen, iets meer mist dan de dag ervoor.
Uiteindelijk was de auto er om 11:15 uur. Amit reed opeens. Nou die kan echt niet rijden. Ik dacht gelijk, die trein halen we nooit, levensgevaarlijk.
Gelukkig nam Shohogh het stuur weer over, toen we de hoofdweg weer bereikten.
Iets voor half één waren we bij het station.
Door de mist had de trein een uurtje vertraging. Tijd om nog even wat cola in te slaan voor de bijna acht uur durende reis per spoor.
Alle bankjes waren bezet, maar Amit jaagt er dan één weg, omdat de 'buitenlander' daar moet zitten. Zonder enig protest vertrekt men dan ook.
Doet ie ook als ik foto's wil maken en er staan mensen voor het object, die stuurt ie gewoon weg en ze doen het ook nog.
Terug naar de trein. Een uur vertraging bleek twee uur te zijn.
Uiteindelijk vertrok de trein om 14:45 uur.
Shohogh was, nadat ie ons had afgezet, weggereden naar Chittagong. Wij met de trein, hij met de auto.
Waarom dan per trein om, normaal gesproken, 12:50 uur vertrekken, als we met de auto om acht uur hadden kunnen gaan rijden?
'De trein is in het programma opgenomen, om de toerist ook die ervaring te kunnen aanbieden in Bangladesh'. In ieder geval een dagtrein, dat scheelt.
De locomotief is een oude dieselloc, de wagons erachter zijn nog ouder.
Amit en ik hadden besproken plaatsen in de A/C coupé. Volgens mij bestond de airconditioning uit de ventilatoren, die aan het plafond hingen en welke je zelf naar believen aan en uit kon zetten.
De stoelen hadden hun beste tijd ook gehad, echter de verlichting was opgewaardeerd naar LED. Wanneer de treincoupé voor het laatst was schoongemaakt, blijft een mysterie voor mij.
Bij ieder station kwamen er weer nieuwe verkopers de trein in, met allerhande verkoopwaar.
Ik noem in willekeurige volgorde: warme broodjes hamburger (natuurlijk geen hamburger, maar de broodjes waren wel te identificeren), koffie (in de porseleinen kopje + schoteltje), schoenpoetser, flesjes drinken, waarbij je kon zien, dat de flesjes al eerder gevuld waren geweest, gekookte eieren, bananen, ananassen, snoep en mango's.
Alle genoemde items komen apart van elkaar voorbij.
De cola had ik zelf al, het enige wat ik, nog gekocht heb was een KitKat en een Snickers.
Ondertussen Dan Brown erbij gepakt en weer een lekker stuk gelezen. De trein hobbelt letterlijk maar door. Soms stapvoets, omdat er tijdens de laatste moesson, delen van de spoor verweekt zijn geweest en derhalve met aangepaste snelheid moeten worden gepasseerd.
Om kwart over tien (22:15 uur) arriveerden we in Chittagong. Onze chauffeur was er nog niet, dus met een tuktuk naar mijn hotel, het Agrabad Hotel. Een vier sterren onderkomen. Amit sliep ergens anders.
Na het inchecken gelijk in het restaurant mijn bestelling opgegeven, spullen naar de kamer en eten. Een uiensoep en een steak.
De uiensoep was goed heet, maar toen ik de kom leeg had, was ik nog steeds op zoek naar de eerste ui. Halverwege de soep kwam de ober ook al met de melding, dat de steak ook klaar was. Daar moesten ze dan nog maar even mee wachten.
Ik wijt het maar aan mijn wat late binnenkomst.
Daarna lekker slapen.
9 januari
Het ontbijt was prima in het hotel. Ik kan wel stellen, dat het net zo uitgebreid was als in Srimongol.
Rond half negen waren de heren er weer. Shohogh was om elf uur 's avonds in Chittagong aangekomen, dus een rit van ruim elf uur. Was de trein toch iets sneller en waarschijnlijk in dit geval, ook comfortabeler.
Onze eerste stop was bij de River Front. Een drukte van belang met bootjes en mensen. Daarna door naar de vismarkt.
Ook daar een enorme drukte en wat een verscheidenheid aan vissoorten lag daar uitgestald. Ik zag zelfs een al ingevroren haai op een kar liggen.
Vervolgens naar het Etnologisch Museum. Daar ik heb ik ook nog een uurtje rond kunnen lopen.
Tijd daarna, om te vertrekken naar Rangamati. Dit ligt in een door militairen bewaakt gebied. Jaren geleden (1995) zijn hier vier Denen ontvoerd (en na een maand weer vrijgekomen), en toen heeft men voor buitenlanders voorzorgsmaatregelen genomen.
Ten eerste moet je een permit hebben om hier te kunnen komen. Bengal Tours heeft die 20 dagen geleden voor mij aangevraagd en eergisteren had Amit het papier pas in handen. Er zijn elf instanties betrokken bij het verlenen van de permit, ze staan allemaal onderaan het formulier vermeld.
Aangekomen bij de militaire post, moest het papier getoond worden en moest ik ook mijn paspoort laten zien. Geen enkel probleem verder. Om te weten, waar ik uithang, belt er ieder twee à drie uur iemand met Amit, om te vragen of alles nog goed is en waar we zijn. Morgen, tijdens de boottocht op het Kaptai meer, gaan er zelfs militairen mee op de boot.
De stop erna was bij een boeddhistische tempel. Voor de tempel een vijver met schildpadden, die door de gelovigen grote krachten worden toegeschreven.
Ze werden daarom ook door Jan en Alleman gevoerd, gewassen en geaaid.
Brood, zelfs vlees kregen die beesten. De meesten wilden helemaal niks, volledig overvoerd.
De tempel zelf, stelde niet veel voor.
Iets verder hoorden we muziek. Dat is een Hindoe feest, duurt altijd 48 uur.
Wij daarheen en na een korte wandeling, kwamen we uit bij een festivalterrein.
Vlakbij ook een tempel, die volstond met zingende mensen. Tien meter daar vandaan, zat een groep muziekanten te spelen. Iedere muzikant speelde voor zich, want iets van een gezamenlijke melodie kon ik er niet uit halen.
Maar we werden vriendelijk begroet en welkom geheten. Ik mocht foto's maken, en ze zouden het bijzonder fijn vinden, als ik ook wat zou eten.
Als je ziek wilt worden, moet je dat vooral doen en aangezien ik gezond naar huis wil, heb ik vriendelijk bedankt, maar hem wel aangegeven, dat ik zijn gastvrijheid enorm waardeer.
Wij weer weg.
Nou was er nog één tempelcomplex, waar we niet naar binnen mochten, maar wat Amit me wel even wilde laten zien.
Over het hek een foto van een tempel gemaakt en daarna buitenom wat rondgelopen.
Weer terug bij de auto vroeg Amit aan de portier, of we toch niet naar binnen mochten.
Er was namelijk iemand uit Nederland mee gekomen, die ook heel veel geld had betaald om Bangladesh te zien en wat zou het toch sneu zijn, als hij de mogelijkheid niet had om binnen te kijken.
Er werd gebeld en er werd zowaar een uitzondering gemaakt voor mij. Op een bord bij de ingang stond echt geschreven, dat het complex gesloten was voor buitenlanders.
Schoenen uit en wij naar binnen. Amit was er vaker geweest en wist me te vertellen, dat de stichter van dit klooster, in 2012 was overleden.
Zijn lichaam was nooit begraven, maar lag in een glazen kist te mummificeren.
De eerste tempel, was nu beter te zien, dan over het hek, en daar kon ik nu een betere foto van maken.
Niet veel later, kwamen we een oude monnik tegen. Amit kende hem wel.
Het Engels van de man was slecht te verstaan, maar we kregen een volledige rondleiding van de man.
Via een tempel kwamen we uit in een huis, daar de trap op en die kwam uit in een gebedsruimte. En ja hoor, daar stond de glazen shrine van de overleden monnik en de man was duidelijk te zien. Die lag daar echt dood te wezen.
Zijn huid was nog intact, ik kreeg de indruk, dat het een mummificatie proces was of zo.
Daarna zijn we het complex helemaal overgelopen en geëindigd in de grote algemene gebedsruimte, waar we ook nog een wat jongere monnik spraken, die wel goed Engels sprak.
Daarna hebben we het complex verlaten, maar niet nadat we nog een monnik tegenkwamen, die met mij op de foto wilde.
Op naar Rangamati. Onderweg nog even wat cola ingeslagen voor op de boot morgen en naar het hotel.
Een hotel, waar je dan even wat minder vrolijk van wordt, maar er is hier verder helemaal niks anders.
Enfin, er is een douche, er staat een bed en ik kan hier eten.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley