Het Kaptai meer en de inheemse bevolking
Door: Henk
Blijf op de hoogte en volg Henk
10 Januari 2018 | Bangladesh, Rāngāmāti
Het hotel waar ik in zit, heeft twee gebouwen.
Ik zat in het oude gebouw, de rest was volledig volgeboekt door een hotel uit Chittagong (personeelsuitje).
Amit had al aangegeven, dat ze vandaag zouden vertrekken en dat ik dan een kamer in het nieuwere gedeelte zou krijgen. Lees goed, er staat niet nieuw gebouw, maar nieuwer.
Het restaurant had ik voor mijzelf, die andere gasten hadden hun feestje op het dak, inclusief catering.
De menukaart zag er voor dit etablissement best goed uit. Van alles wat.
Ik koos voor de 'tamatosoup' en één of ander rundvlees gerechtje.
De tomatensoep hadden ze niet, wel kippensoep. De beef was ook uitverkocht, ze hadden wel kip.
Ik dacht, als je kippensoep besteld, dan is daarna de kip ook op, dus gevraagd of ze ook vis hadden. Dat bleek het geval. Of ik er ook frietjes bij wilde hebben. Tuurlijk.
Na twintig minuten kwam de soep. En die was nog lekker ook.
Na 23 minuten kwam de friet. De lezer snap natuurlijk wel, dat ik toen die hete kippensoep nog niet op had. Na 25 minuten stond de vis er ook.
Dus werd haasten.
De friet hadden ze niet even uit laten lekken, ja, op mijn bord. Beetje kleffe bende.
Maar met wat tomatenketchup als extra smaakmaker, heb ik het bord half leeggekregen. De vis was van het type 'ook als vis kun je vermageren', dus om nou te zeggen, dat ik nog nakwijlend van tafel ging, nee.
De koffie ter afsluiting bracht ook niet de nodige extase, maar als de rekening € 4,40 blijkt te zijn, snap je direct, dat dit bedrag prima past bij hetgeen je net voorgeschoteld hebt gekregen.
Dan Brown heb ik daarna uit kunnen lezen, de krant ook nog en toen pitten.
Tja en met het wakker worden en het ontbijt van vanmorgen begint 10 januari pas echt.
Het ontbijt: omelet, droog plat brood en een koffie.
Daarna kwamen we in de vertraging, want de politie moet mij behoeden voor de 'vele gevaren' alhier en die waren niet zo snel vanmorgen.
Om kwart voor negen wel en toen zijn we van het hotel, naar het Kaptai meer gelopen.
Twee gewapende politieagenten liepen vier meter achter mij, blijkbaar scherp en alert.
Voordat we bij de boot waren, moesten we een hangbrug overlopen. Alleen voor voetgangers. Een beetje een kleine Golden Gate brug. Wel erg bekend hier in de buurt, want blijkbaar trekt het veel lokale dagjesmensen aan, ook vanuit Chittagong.
Wij aan boord. Een jochie van ongeveer 16 was de stuurman en kapitein in één.
Daarvoor, keurig naast elkaar, de twee agenten en Amit en ik voorin de boot.
De diesel werd gestart en wij op pad.
We hadden geluk, geen mist vanmorgen, maar op het water is het altijd wat kouder dan aan land, dus daar had ik mij op gekleed.
Onderweg zie je dan lokaal transport, vissers, watervogels (meest futen en aalscholvers) en bevoorradingsboten.
Het eerste en ook meest ver weg gelegen doel was de Shuvalong waterval. Op weg daar naar toe, zag ik een groot Boeddhabeeld staan. Stond er net een jaar, maar de eerste verf bladderde er al weer af.
De waterval was wel een waterval, maar omdat het nu de droge periode is, kwam er weinig water naar beneden.
Hoewel het onmogelijk is, om er anders dan met een boot te komen, lopen de twee gewapende secondanten nog steeds op vier meter afstand achter mij aan.
Na wat foto's gemaakt te hebben, keerden we weer om, voor een stop bij een restaurant op een eilandje. Amit zou even vragen of ze zwarte koffie hadden. Bleken ze alleen met melk te hebben (Nescafé), dus zijn we door gevaren.
Volgende stop was bij een klein dorpje, waar een stam woont, de Chakmas.
Het is een van de elf stammen, die in dit uitermate afgelegen gebied wonen. De Chakmas bestaan uit ongeveer 750.000 mensen (50% van de inheemsen) en is de grootste groep. De tien andere groepen samen dus ook iets van 750.000 mensen.
Deze mensen leven zeer primitief.
Ik zal in het kort proberen uit te leggen hoe het zit met deze mensen in dit gebied.
Algemeen worden deze mensen aangeduid met de CHT inheemse bevolking, waarbij CHT staat voor Chittagong Hill Tracts.
Tijdens het Britse gezag hier, hadden deze mensen een speciale status. Zolang ze belasting betaalden, waren ze verder volledig autonoom. Ze teelden katoen en dat leverde goed geld op.
In 1947, toen India opgedeeld werd, vergaten de Engelsen de afspraken en waren opeens van mening, dat ook dit gebied onder Oost-Pakistan moest komen te vallen.
Pakistan had in eerste instantie ook weinig op met de mensen hier, tot 1963 toen er een militair regime aan de macht kwam.
In 1962 werd de Kaptai stuwdam aangelegd. Hierdoor verloren de inheemsen veel land, wat gebruikt werd voor de teelt van katoen, maar ook van rijst.
Toen ook nog vanuit de armste delen van Bangladesh mensen verplicht naar het CHT-gebied gedeporteerd werden (eind 70 jaren), was de maat vol en ontstond er een opstand (1982).
Pas 15 jaar later werd er een vredesakkoord getekend, maar tot op de dag van vandaag is daar niet veel van uitgevoerd.
Het hele gebied staat onder scherp toezicht van de militairen en dat was nou net een eis, dat die zouden verdwijnen.
Via een lange trap bereikten wij het dorpje. Ik schat, dat er zo'n 12 huisjes staan.
Twee vrouwen waren aan het weven en iets verderop twee meisjes ook.
Amit kende de dorpsoudste en de man kon ook Engels. We werden bij hem in huis uitgenodigd. Voor de twee politieagenten, werden er net buiten de deur, twee stoeltjes neergezet, zodat ook zij konden zitten.
Er werd gevraagd of we thee wilden en dat werd door de vrouw des huizes in een andere ruimte klaar gemaakt.
Aan de muur hing een poster, ietwat verkleurd, maar duidelijk te zien; dit was de Keukenhof. Een feest van herkenning. De mensen hadden zelf geen idee wat en waar het was. Ik vond het in ieder geval wel grappig.
De man was leraar geweest en had zelfs een overheidspensioen. Hij vertelde, dat de huidige generatie kinderen in Chittagong of Dhaka ging studeren en was ook zo reëel om toe te geven, dat ze na een studie niet terug gingen naar het 'Stenen Tijdperk'.
Dus uiteindelijk wint de overheid, want na verloop van tijd, woont er gewoon niemand meer. Dat kan nog wel 30 of 50 jaar duren, maar het gaat gebeuren.
Al met al hebben we daar een minuut of 40 gezeten.
Ik heb nog een foto van het echtpaar gemaakt en Amit zal die af laten drukken en bij een volgend bezoek, meenemen en afgeven.
Na terugkomst hebben we nog een stuk langs het meer gelopen en daarna onze bagage van de (oude) kamer gehaald en verplaatst naar het nieuwere gebouw.
Dat bleek inderdaad beter en netter te zijn.
We hebben de dag afgesloten met nog een rondgang over diverse marktjes in Rangamati.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley